Maandelijks archief: april 2019

Wie is het die mij verzint?

“Haar geheugen is overwolkt door duisternis en onwaarheid, en beweegt zich louter via verzinsels naar samenhang”.
Mooie zin. Hij komt uit “Het enige verhaal” van Julian Barnes. Ik kreeg het van goede vriend Ronald alsof hij wist dat ik van Barnes hield maar dit nog niet gelezen had. Nee, wist ie niet. Het boek beschrijft, vanuit de jonge man, het verhaal van een relatie tussen een 19 jarige jongen en een 48 jarige vrouw, die jaren duurt en waarin de vrouw langzaam (onontkoombaar?) aan alcohol ten onder gaat.
Maar de vraag is, is de enige onontkoombare waarheid in die zin (…beweegt zich louter via verzinsels naar samenhang) niet wat universeler dan alleen voor Korsakow-patiënten?

In “uit het leven van een hond” tekent Kollaard een Henk, IC-verpleger, die in discussie is over, zich afvraagt of, we meer zijn dan “spul”, spieren botten, zintuigen, organen en zenuwen. Is het hart alleen een pompende spier of het huis van emoties en verbinding? Wat houdt een mens bij elkaar? Ja de huid. Maar als je sterft lukt dat de huid ook niet meer. Wat ons bij elkaar houdt is “Leven”.
Maar wat is dan “leven”?
Volgens biologen, inmiddels, als ik het nog goed heb tenminste, leeft iets wanneer:
+ er een voortdurende uitwisseling is tussen het “lichaam” en de omgeving van materie en energie. En het “lichaam” zich op deze wijze in stand houdt. Dat is bij de aarde ook het geval, maar leeft Gaya dan?
+ er een potentie en een periodieke wil is tot vermenigvuldiging, voortplanting. Dat is bij de aarde dan weer wat complexer
+ er reflexen zijn die te maken hebben met “overleven” of verzet tegen het einde van dat “leven”.
We glijden bij deze criteria geleidelijk van “pomp” naar het hart als bergplaats voor de ongrijpbare wil tot leven…. naar???

Maar de mens is niet alleen fysiek een zak (huid) spul (spieren, botten, etc.). Ook psychisch zijn we een mooie verzameling van reacties en denkbeelden. We spelen dagelijks meerdere rollen en gedragen ons daarin meestal niet erg consequent. Een scheidsrechter is op het veld strakker met regels dan thuis bijvoorbeeld. Maar je gedraagt je ook erg verschillend tegenover verschillende mensen. Toen mijn schoonvader overleed heb ik met verwondering gekeken hoe mijn schoonmoeder achtereenvolgens reageerde op de dominee, de begrafenisondernemer, de collega’s van mijn schoonvader, haar kinderen, de dokter…. het was een kaleidoscoop aan gedrag van sturend tot passief, van sterk tot zwak.
Ik weet dat de Bommelkreet “Altijd dezelfde” voor mij niet opgaat. Ik ben een ander mens dan toen ik puberde, dan toen ik aan mijn carrière begon, dan voor de prostaatkanker. Wat is het, niet de huid, niet het “technisch definieerbare leven” dat die zak aan emoties, denkbeelden, geheugenflarden, visies op schoonheid en waarde, bij elkaar houdt?
Toch verhalen, verzinsels? Toch dat stukje hersens waarin je een zelfbeeld opbouwt en een daarmee samenhangend beeld van je omgeving? Toch dat geheugen dat veelal bestaat uit al dan niet juiste bevestigingen van dat beeld?

Ik denk wel eens dat ik niet besta. Dat er iets is, een soort “ijl mezelf” dat mij verzonnen heeft, mijn leven, mijn vrouw, vrienden, kleinkinderen en grootouders, kinderen en ouders. Dat de aarde verzonnen heeft, de mensheid, de natuur, het universum, wiskunde, Einstein, politiek en televisie. Er is iets, iets dat ik bij gebrek aan beter maar ergens in mijn lichaam plaats, dat pendelt tussen hersentje en hartje, dat me probeert wijs te maken dat “ik” belangrijk ben en mijn liefde voor mensen en natuur. Ik kan er eigenlijk niks tegen inbrengen, behalve dat het net zo lullig voelt, maar dan aan de andere kant van het continuüm, als het hart puur als pomp. Knijpen helpt niet. Die pijn kan ik ook in mijn ijle staat verzonnen hebben.

Als ik terugkijk op mijn leventje, gravend in geheugen en foto’s als anachronistisch geheugensteuntje (een papiertje in het hier en nu dat moet helpen om oude werkelijkheden terug te halen? Vergeet het), wat is dan (nog) “waar”?

Wat zijn we meer dan…. hebben we meer dan…. ons verhaal?

“…. en beweegt zich louter via verzinsels naar samenhang”. Wie is het die mij verzint?