De vraag is natuurlijk welke kant het opgaat met de wereld, up or down. Hebben we nou een Arabische lente of neemt de invloed van militante diep gelovige moslims toe? Krijgen we onszelf dankzij Europa uit de crisis of duurt die maar door totdat we als land vol ZZP-ers onszelf aan de haren uit het moeras trekken? Gaat de politiek binnenkort weer ergens over of horen we politici voorlopig nog een tijd verschillende economische scholen citeren? Worden we actieve burgers die voor hun leven en dat van hun familie, buurt en buren verantwoordelijkheid nemen of wordt een steeds groter deel van ons rotzooimakende mopperaars? Ik weet het niet. Ik ben het met iedereen eens die “tekenen” ziet dat het de goede kant uitgaat, maar ook met de somberaars die alle zekerheden zien afbrokkelen. En dat er het één en ander afbrokkelt, daar zijn veel sociologen en filosofen het over eens. Ik ben maar eens gaan zoeken bij de filosofen (ja, dan lul je niet meer, maar lees je de rest met eerbied). Eerst de afbrokkelkant maar.
Daar is genoeg aan signalen te zien. We verliezen een beetje het houvast met zn allen, vind je niet? Ik bedoel, de spaarders moeten de banken redden in plaats van dat de bank zorgt voor de veiligheid van het geld van spaarders, verzekerden moeten procederen tegen verzekeraars die hen in problemen brengen met woekerpolissen in plaats van dat de collectiviteit “verzekering”zorgt voor het in problemen gekomen individu. De gezondheidszorg is ziek en wordt onbetaalbaar, gedeeltelijk door de perverse prikkels in het systeem. De VVD is lang niet altijd meer liberaal, de PvdA omarmt de markt. Zelfs de gelovigen van het eerste uur van een verenigd Europa worden sceptisch. Partijen, scholen en corporaties, ze hebben geen consistent “verhaal” meer maar vluchtige en tijds- en onderwerpgebonden soundbites. Werknemers worden kleine zelfstandigen en pakken het risico van de werkloosheid voor eigen rekening, de arbeidsmarkt is niet meer de markt van de baanzoekers en de frictiewerkloosheid. Wat weten we nog en snappen we nog van de moderne wereld? Is er nog ergens wel een inspirerend antwoord en zo ja waar?
We zijn al heel lang “modern”. We waren al modern voor Chaplin Modern Times maakte. Althans, volgens filosofen. De moderniteit ving aan met de vlucht van de wetenschap, de maatschappelijke veranderingen als gevolg van de industriële revolutie en de democratie die zijn intrede deed en de verzorgingsstaat schiep na de tweede wereldoorlog. Da’s wat anders dan modern in het normale spraakgebruik dus. En deze moderniteit dreigt nu na ruim een eeuw aan zijn eigen succes ten onder te gaan. In de kunst hebben we op een vergelijkbaar moment ook een “moderne” periode gehad. De “moderne kunst” is opgevolgd door de postmoderne kunst. Ook in de filosofie praten ze over postmodern, maar dat is dan postmoderne filosofie. Ik heb nog niets begrijpelijks en uitsluitsel gevends aangetroffen dat lijkt op een soort definitie van een postmoderne tijd, postmoderne samenleving of postmoderne mens.
Volgens die filosofen (Charles Taylor bijvoorbeeld) is de samenleving in deze laatste fase van de “moderne tijd” ziek, dus, gaat ze aan haar succes ten onder. De drie hoofdkwalen zouden dan zijn:
– het individualisme, mensen kunnen kiezen tegenwoordig, wat ze willen worden en studeren, waarin ze zich willen ontplooien en hoe. We hebben alle individuele vrijheden vastgelegd in grondwetten en andere regelgeving zoals rond privacy bijvoorbeeld. Maar met alle goeds dat daaruit voortkwam verdween er ook veel. We hebben niets meer om voor te sterven, wat er mag sterven, sterft voor ons. De instituties die veiligheid boden mogen onze emancipatie en ontplooiing niet in de weg staan. Individualisme kan leiden tot een houding waarin de mens consument wordt van zijn leven en zijn omgeving. Waarden die te maken hadden met het borgen van de collectiviteit worden getoetst aan de waarden en regels die met individualisme samenhangen. Structuren die voor vrede, veiligheid en onbelemmerd ondernemen samenhangen, brokkelen af omdat ze tegenover de het ongebreidelde individualisme aan legitimiteit inboeten…
– de rationaliteit, de rede, die veel vooruitgang heeft gebracht, is geknecht geraakt. Er is het rekenen en tellen van de economen, die met hun modellen de marges van regeringsbeleid steeds kleiner maken. Het is het “meten is weten” van het moderne spreadsheetmanagement dat de romantiek van de kwaliteit en de verhalen van de eerste ondernemer die het bedrijf oprichtte kapot maakt. Regeren gaat niet meer over waarden, maar over waarde in economische zin. Een zorgverzekeraar die het leed van de zieke centraal stelt in plaats van de kosten van de zorg en een rationeel bekostigingsmodel doet zijn bedrijf tekort. In ziekenhuisdirecties lijkt de patiënt eerder een eenheid productie en declaratie dan een te genezen mens. Alleen wat geteld kan worden telt. De echte “waaroms” verdwijnen in de mist van businessmodellen en cijfers.
– de relatie tussen burger en overheid, ooit groots en meeslepend ontworpen in allerlei grondwetten en die een tijdlang goed heeft gewerkt en veel emancipatie en kracht in de samenleving heeft gebracht is sterk veranderd tijdens de verzorgingsstaat en daarna. De overheid werd steeds meer een gulzige bureaucratie die steeds meer taken ging doen en relatief zelfstandig werd ten opzichte van de besturen. De individualistisch ingestelde burger werd steeds meer consument van overheidsdienstverlening en overheidsveiligheid (als voorbeeld) terwijl de legitimiteit van het handelen van diezelfde overheid afneemt. De overheid moet maar bewijzen dat hij me met recht iets verbiedt. En ja er komen steeds meer absurditeiten in overmatige regeldruk en handhaving door de gulzigheid van bureaucratie en volksvertegenwoordigers om nieuwe ongelukjes te voorkomen. In Maastricht mogen burgers niet meer voor de deur op straat zitten. In Deventer moet een buurvrouw het kinderzwembadje van het trottoir halen van de gemeente, neergezet op een tropische middag. Bedrijven bezwijken onder regels en procedures. Waar. Maar ook de burger laat het vergaand afweten. Kennedy riep niet voor niets Ask yourself what you can do for America en not just what America can do for you”. We worden steeds meer consument in plaats van burger. We kunnen de politiek niet meer volgen en kiezen steeds vaker niet voor een ideaal, maar voor al dan niet welbegrepen eigen belang. Er kiezen steeds meer kiezers extreem.
Wie moderne filosofen leest ziet vaak het woord ‘onttoverd’. We hebben geen grote verhalen meer. De oude politieke ideologieën hebben hun glans verloren, door een eeuw aan compromissen. Politici deden wat hun partij hen vroeg, nu gaan en blijven ze lekker KLM leiden. Wie heeft gevochten voor democratie vindt het belangrijk, zie de manier waarop veel mensen van buitenlandse afkomst in Nederland met politiek omgaan. Wie na honderd jaar verkiezingen een lood om oud ijzer gevoel krijgt haakt af. Ontwikkelingswerk deden we met hart en overtuiging, nu met een portemonnee waar ook wel eens wat in mag terugvloeien. Het wordt allemaal kleiner, nuchterder, zakelijker. De glazen muiltjes zijn te koop bij Zalando. Vrouw Holle zit in de bak voor kinderarbeid. Alle Menschen werden Brüder, is vertaald in strakke asielwetgeving. Zelfs tovenaar Obama-yes-we-can met zijn Change bleek hoogstens tovenaarsleerling die nog steeds moet dooroefenen op Quantanamo Bay.
De postmoderne filosofen toveren me een vreemd wereldbeeld voor, waarin je ook niet kan vinden of deze sombere gedachten over ons tijdsgewricht waar zijn, want “waar” is ook niet meer wat het gewest is. “Waar” was ooit bij Plato iets absoluuts. Of iets waar was toetste je aan ideeën die onafhankelijk van de kijker en het waargenomene bestaan. Daar zijn we al een hele tijd vanaf van die gedachte. In de moderne tijd werd iets waar als het door juist uitgevoerde experimenten bewezen werd geacht en nog niet door een betere theorie achterhaald. Bij de postmodernen is iets alleen waar tussen mensen die elkaar begrijpen, omdat ze elkaars taal verstaan, elkaars vaststellingsmethoden begrijpen en delen en elkaars waarden delen. “Dit is een stoel” is alleen waar voor mensen die het woord stoel kunnen plaatsen en niet uit een hurkcultuur afkomstig zijn en snappen wat je doet als je iets aanwijst”. Maar met die waarden, daar wordt het postmoderne waarheidsbegrip wel erg waterig mee. Dan is dat waarheidsbegrip buiten de ijzeren wetenschap niet erg houdbaar. Ik bedoel “Rutte is minister president” is waar voor hen die nu in Nederland leven en voldoende Nederlands kennen. Of ze dat belangrijk genoeg vinden om te willen weten is de vraag, maar dan blijftie nog wel MP. Als Rutte zelf zegt dat hij MP is in het beste kabinet sinds de oorlog, dan gaat er iets mis want dan komt er een waardering in de stelling en is ie alleen nog maar waar voor wie die waardering deelt. Waarschijnlijk alleen mensen in zijn panorama Mesdag dus. Als we zeggen dat dit het beste kabinet is sinds de laatste burgeroorlog in Libië krijgen we al meer medestanders. Het CDA en de PVV zijn we dan wel kwijt, want die zaten toen in de regering of gedoogden hem. En theoretisch is het al helemaal niet vol te houden want er zijn theoretisch een boel combinaties denkbaar die in ieder geval in beide kamers een meerderheid zouden hebben en die elkaar bij gebrek aan meerderheid niet steeds moed in hoeven te spreken. In het glijdende waarheidsbegrip van postmoderne filosofen kunnen de uitspraken van Rutte ook niet, Klopt, maar of in een steeds pluralistischer en veelkleuriger wereld de somberen zich met de waarheid mogen sieren is niet de vraag meer, want er zijn dan veel waarheden, afhankelijk van “the community you’re in, the things that community encounters, the way they assess if that really happens and the way they value that”. Het waarheidsbegrip is niet oneindig glibberig. Wilders kan geen gelijk krijgen want hij kan de miljoenen fundamentalistische en gewelddadige christenhaters die met de tsunami Europa zijn binnengestroomd niet tellen. Daar is teveel fantasie en retoriek aan de orde. Maar in het relatieve en pragmatische waarheidsbegrip van de postmodernen hebben de somberen in ieder geval hun gelijk. Blij toe, want ik herken veel.
Maar de optimisten dan (Ode heet zo tegenwoordig en dat blad staat al jaren vol van warm stemmende dingen)? Het snelst groeiende thuiszorgbedrijf heeft zo ongeveer het management afgeschaft en veel overbodige control en bureaucratie, YES. Burgers richten energiecollectieven op. Het aantal coöperaties rond wonen, energie, vervoer, etc groeit. Coöperaties staan op een hele andere manier in de wind van de markt dan vennootschappen en lijden daardoor minder snel aan het dienstbare-rede-kwaaltje dat Taylor hierboven beschreef. De Arabische lente ontstaat via internet en sociale media. Microkredieten blijken veel sterker als instrument dan het institutionele kader van de normale ontwikkelingshulp. Mensen kopen fairtrade in steeds grotere mate. Wie de laatste tijd in de sociale media rondkijkt ziet allerlei netwerken ontstaan rond ambtenaren, kenniswerkers op universiteiten en professionals rond initiatieven in de buurt, rond jeugdzorg en de WMO. Wat hoogstens cynisch stemt is dat de bezuinigende politiek dankbaar de “doe-democratie” omarmt, niet omdat zulks beter is voor burgers gemeente of land, maar tot vermindering van uitgaven leidt. Een dergelijke topdown omarming maakt iedereen schuw en achterdochtig en zo doodt Plasterk een potentiële liefdesbaby voor ie kon lopen. Of het gaat werken allemaal? Vast, maar op welke schaal en voor hoe lang? Ik weet het niet, maar ik word er warm en optimistisch van. En niet alleen om die nog maar splinters van het nieuwe. Het lijkt er soms op alsof niet achter een tekentafel, maar in de praktijk van het spel tussen zelfdenkende ambtenaren, burgers en professionals een op belangrijke punten nieuwe overheid ontstaat, in het “doen” en het “samen doen” met burgers en professionals, zonder afstandelijk beheersingsdenken, zonder uit te gaan van macht. Burgers en professionals zijn ineens geen “bestuurde omgeving” meer maar partij in een scheppingsproces. Dit soort dingen, de coöperaties, de burgerinitiatieven, het samen optrekken, die dingen vormen de kiem van nieuwe verhalen, van nieuwe inspiratie, betovering en betrokkenheid.
We zijn onttoverd geraakt, maar er zijn nieuwe vonken magic in de maak, mark my words Mark. Meer ondanks jou dan dankzij, maar gun ze dan kans van groei door je er niet mee te bemoeien en weersta de behoefte tot control van de volksvertegenwoordigers. Let it be en let it become…