Ik denk dat het nu vijftien jaar geleden is, dat ik in mijn KPMG-tijd meewerkte aan een project samen met Loesje. Wij consultants gingen allerlei politici interviewen en vervolgens probeerden we de mensen van Loesje bij te houden in het bedenken van grappen naar aanleiding van de thema’s die boven kwamen. Dat lukte uiteraard niet. Het resultaat was een boekje met samenvattingen van zo’n 30 interviews en een boel grappen van Loesje.
Eén van de belangrijkste thema’s in de interviews was altijd de vraag “Waarom ben je de politiek in gegaan wat dreef je, wat wou je bereiken?”En daarna, “En… lukte dat een beetje en hoe gaat dat nu?”. Het leverde soms ontluisterende antwoorden op. Hoe bevlogenheid kon verdampen en teruggebracht worden tot iets dat nog het meeste leek op “doen wat je kunt om invloed te krijgen en andere mensen van andere partijen mee te krijgen in het bereiken van een stukje van de programmapunten van je partij” met dan af en toe een uitschieter van een groot succes. Het waren er maar weinig die begonnen met iets als “Ik heb van kinds af aan burgemeester willen worden en dan (later als specificatie) van een havenstad” Ivo Opstelten zat toen nog in Utrecht, hij zou een jaar of twee later inderdaad burgemeester worden van Rotterdam. Zo’n definitie van een machtspositie als ideaal, dat kwam nauwelijks voor. En ik herinner me nog een raadslid dat zei dat zijn ambitie nu werd vormgegeven door procedurele interrupties in een raadsdebat en daar heel sardonisch over lachte. Politiek, het is een vreemd vak.
Ik moest er aan denken na de eerste aflevering van Borgen, waarin de vrouwelijke hoofdrolspeelster, minister president to be, een eerlijke en bevlogen speech hield. Ik had er al wat verhalen over gehoord van mensen die beweerden dat als je een beetje in politiek geïnteresseerd bent, je de eerste twee blokken afleveringen allang hebt gezien, gekocht, illegaal gedownload of geleend. Ik niet, weer een deuk in mijn ego, vooruit. Ik had al wat verhalen gehoord over hoe het modderen is, marchanderen met dingen die belangrijk voor je zijn en leren dat “macht en winnen” en niet in de eerste plaats eerlijkheid of inhoudelijke gedrevenheid, een sleutel is. Je kon m al een beetje zien aankomen, deze serie subplots, de kiemen werden er in de eerste aflevering al ruim voor gelegd.
In diezelfde dagen zat Lance bij Oprah een deel van zijn zonden op te biechten. Een deel, want hij wou wel vertellen dat hij een bedriegend boefje was, maar niet dat hij leidde, dat hij een maffiabaasje was, met veel macht en heel veel belangrijke mensen dichtbij in zijn netwerk. Lance slachtoffer van de wereld van macht en winnen, slachtoffer want hij viel door de mand toen anderen hun zwijgen doorbraken. Wielrennen is als politiek, net als de honderd meter hardlopen, er moet telkens op korte termijn gescoord worden en de macht moet telkens worden bevestigd, een keer verliezen is een deuk in het imago. Je gaat steeds verder in wat je daarvoor doet als je daar niet voortdurend scherp in bent. Wie omhoog valt gaat een deel van zijn eerlijkheid, zijn twijfel, zijn zwaktes afschermen, krijgt spindoctors en voorgekookte berichten op geprearrangeerde momenten. De top van de UCI was zo, de eerst zo benaderbare Brabander Hein Verbruggen werd zo. de parallel werd wel erg fraai getoond deze dagen.
Ik moest nog denken aan van Reij, mister Roermond, en ook een tijd in de kamer. Hij werd politiek groot door zijn strijd tegen het dichtgeregelde katholieke politieke cultuurtje van vrienden en relaties die helpen en wat krijgen toegespeeld. Hij zou het gaan doorbreken. Uiteraard met iets dat op een liberale manier tot openheid zou moeten leiden. We hebben hem toen niet geïnterviewd voor dat Loesjeboekje, maar ik kon het bijna uittekenen. Een man die de wereld opener wou maken en ook anderen een kans aanreiken, een man die een verbond sloot met een plaatselijke populist zouden we hem nu noemen, een man van het volk. Van Reij heeft langzaam geleerd dat het in de politiek om macht en winnen gaat, om jouw macht af te schermen tegen anderen, om spelen met met selecties van argumenten, om mensen die je steunen wat te gunnen. Om het beheersen van alles wat er speelt, om spin in het web zijn…. Hij werd wat hij bestreed. Zou Lance ook ooit een nu bij Oprah verzwegen moment hebben gehad van idealisme en het gewoon vinden dat je op een bruine boterham en een donut wint? Zou Lance vergeten zijn hoe het begon? Zou hij het verdrongen hebben, de dilemma’s rond het gaan gebruiken, het moment dat hij zijn definitie van fair play aanpaste aan wat hij nu het level-playing-field noemt? Dat hij van fietser dictatortje werd, die alles controleerde? In Borgen gaan we dat allemaal weer zien, dat glijden en schuiven, dat je realiseren dat je alleen iets bereikt als je aan touwtjes trekt en als je aan touwtjes wilt trekken dat je dan mee moet doen met dat spel, van geven en nemen, van kaltstellen van tegenstanders op zwakke momenten, van winnen en draaien, van zwaktes inslikken en omhullen, van… framen en spinnen en journalisten deals afdwingen…. van …..
Kan je de tour of de 100 meter sprint nog winnen op een bruine boterham en in de politiek nog iets bereiken met idealisme en eerlijkheid ? Of mag je dit soort waarden niet als sleutel onder topsport en top-politiek verwachten?